Zijn er in het dichtbevolkte en strakgereguleerde Nederland nog stukjes woeste grond over? Zonder bestemmingsplan en waar we op de motor gewoon van mogen genieten? Michiel van Dam en Wim Schoute lenen een Moto Guzzi en gaan op onderzoek uit.
In den beginne was het land woest en ledig. Die bijbeltekst klopte zeker voor het land rond Ter Apel. Het woeste land werd er sinds 1465 getemd door monniken van het klooster dat nog steeds tussen de veel later aangeplante bomen oprijst. Het ernaast gelegen hotel Boschhuis biedt niet alleen comfortabele kamers en smakelijke spijzen en dranken. Hergergier-in-ruste Joop Porrenga helpt nog zijn opvolgers Marcel en Janine Porrenga en hij vertelt bezoekers graag over de plaatselijke geschiedenis. Met meneer Porrenga senior in huis kan een colporteur van encyclopedieën zich de moeite van een bezoek aan ’t Boschhuis besparen. Hij zal er zijn waren niet slijten.
Voormalige melkfabriek
We starten de Moto Guzzi en rijden noordwaarts. Te Sellingen is in de voormalige melkfabriek nu de Firma Woeste Grond gevestigd. Meukvrij natuurvlees verkopen ze er, afkomstig van de woeste gronden in de omgeving. Eigenaresse Eugénie Benda leidt ons rond door het bedrijf. Veel geld staat niet voorop, een positieve bijdrage aan de wereld leveren wel. Buiten het vlees worden er ook andere biologische producten verkocht, in de winkel en tijdens de wekelijkse overdekte markt. Achter het gebouw is een zitje op een steiger, waar passanten kunnen uitrusten met uitzicht op de Ruiten Aa, het riviertje dat weer zijn oorspronkelijke slingerloop heeft teruggekregen. Woeste gronden verdwijnen, maar worden ook weer gehercreëerd.
Slingeren, dat doet ook de Guzzi graag. We zigzaggen langs de grens met Duitsland en komen bij het enige kasteel van de provincie Groningen aan. Burcht Wedde biedt kinderen uit minderbedeelde gezinnen de mogelijkheid om van een vakantie op stand te genieten. Van nood hebben de borgers ook een deugd gemaakt. De gemeente Westerwolde wilde niet langer betalen voor het onderhoud van de kasteeltuin. Dus wordt die nu aan de natuur zelf overgelaten onder het motto Wilde Tuin. Een nieuw stukje woeste grond in wording.
Pittoreske lapjesdeken
Het landschap waar we doorheen rijden lijkt oeroud, maar is grotendeels pas na de Tweede Wereldoorlog ontstaan. Door ruilverkaveling, schaalvergroting en mechanisatie van de landbouw verdween de pittoreske lapjesdeken van losse weilandjes en akkertjes. Er kwamen wel weer bomenrijen bij, rond essen en brinken en langs de weg. Maar tot de jaren vijftig was Nederland eigenlijk een heel kaal land. Drente bestond nog voor een groot deel uit heide. Landschapsarchitect Harry de Vroome ontwierp het nieuwe land zo knap, dat het lijkt of het er altijd zo uit heeft gezien.
In Westerbork snuiven we altijd graag de sfeer van vroeger op in herberg De Ar. Het interieur is eigenlijk een museum, met spullen van vroeger en opstellingen als een ouderwetse kruidenierswinkel en kapperszaak. De Ar heeft een moderne menukaart, maar wij snoepen er toch altijd graag weer van die bruinebonenschotel waar Bartje niet voor wilde bidden. En waar smaakt die beter dan in het kamertje waarin De Ar in 1974 begon, aan tafel tussen de bedstee en het turffornuis?
Rond Westerbork zijn woeste gronden als beschermd natuurgebied behouden gebleven. Door het Fochteloërveen loopt een weg waar de Guzzi zomaar legaal op mag voortdraven.
Racen toen en nu
Hooghalen was vroeger deel van het TT Circuit, dezelfde klinkerweg ligt er nog steeds. Op een audio-wandeling vertelt de voormalige TT-coureur, nu ijsspeedwayer, Jasper Iwema (Hooghalen, 1989) in de app over het racen toen en nu. In dezelfde wandeling zitten pauzemomenten, waarin de geschiedenis van Kamp Westerbork wordt verteld door drie andere mensen die hier zijn opgegroeid. ‘Voor de oorlog was het hier allemaal woeste grond’, vertelt Jan Wold (Hooghalen, 1925) en van Joop Waterman (Kamp Westerbork, 1943) horen we hoe de Joodse bewoners zelf Kamp Westerbork moesten financieren. Ook het Molukse verleden komt aan bod dankzij Lydie Hahory (Kamp Westerbork, 1956).
Met hun verhalen komen de woeste gronden tot leven. Als we weer op de motor stappen zijn we er even beduusd van. In het groene gras wuift paarse lupine, de plant die in de jaren dertig werd gebruikt als groenbemesting om de woeste gronden mee te ontginnen. In de oorlog bracht de lupine wat kleur in het bestaan van kampbewoners.
Boorlocatie
Het affiche is dramatisch. Een schuine boortoren en de woorden Theaterspektakel Woeste Gronden worden door een maalstroom verzwolgen. Naar het middelpunt der aarde.
Het decor van Woeste Gronden is een boorlocatie bij het Drentse dorp ’t Haantje. In 1965 verdween tijdens een proefboring naar gas de vijftig meter hoge boortoren met donderend geraas in de grond. Rommelende aarde, opspuitend water en moddervulkanen. De aanwezige werkers moesten rennen voor hun leven en toezien hoe de boortoren verdween in de aarde. Verzwolgen door de woeste gronden. Op luchtfoto’s uit die tijd is een borrelende krater te zien met wat verzakte gebouwen en omgekiepte caravans op de kraterranden.
Op deze lokatie werd vorig jaar het theaterstuk Woeste Gronden van dat affiche gespeeld. Macbeth in het Drents vertaald, gecombineerd met een sprookje over een ijdele boortoreningenieur. Nu waaien de grashalmpjes bij ’t Haantje vredig in de wind, alsof er niets is gebeurd. Schone schijn bedriegt.
Witte wieven
Onder Twente’s bodem golfde ooit een tropische zee. Toen sloot het land daarover, woest en ledig. De twin slingert weer over landweggetjes tussen heuveltjes door. Tot begin twintigste eeuw lieten de Twentenaren de heidebulten in hun landschap ongemoeid. In die grafheuvels huisden de witte wieven en die moest je niet storen. Maar ook in Twente zijn de woeste gronden nu grotendeels verdwenen. Of opgenomen in een landschapsbeheerplan zoals dat rond de Hulsbeek. Dat recreatiegebied heeft nog een paar stukjes oorspronkelijke wilde heide, die als eilandjes liggen in een verder keurig onderhouden park. Wat zoeken motorrijders zoals deze stadsjongens op woeste gronden? De romantiek van witte wieven en Bartje?
Al voor de Eerste Wereldoorlog schreef de Duitse natuurvorser en dichter Herman Löns: ‘Wat is mooier? Een woestenij als de heide, die per vierkante mijl geen tien mensen voedsel biedt, of het vruchtbaar gemaakte land dat honderden voedt? Onze overbevolkte steden hebben ons sentimenteel gemaakt, zodat we de woeste heide mooi gingen vinden.’
De Guzzi staat op stal, voordat wij ook hoofd en lijf ten ruste leggen in Erve Hulsbeek maken we nog een kuiering rond een vijver omgeven door rietkragen en wilgen. In de schemering lijken de woeste gronden van vroeger niet helemaal te zijn verdwenen.
Productie: Wim Schoute